Omzet Jan De Nul rondt kaap van 2 miljard euro
Met een omzet van meer dan 2 miljard euro in 2019, een ebitda van 16,8 procent, een nettowinst van 61 miljoen euro en een orderboek van 3,4 miljard euro kijkt Jan De Nul Group terug op een jaar met "solide financiële prestaties". Voor het zesde jaar op rij sluit de maritieme aannemer het jaar schuldenvrij af. Daarnaast is er ruimte voor een uitgebreid investeringsprogramma.
Ook in 2019 was de maritieme bagger- en offshore sector (met 77 procent van de omzet) de hoeksteen van Jan De Nul’s activiteiten. Het concern was onder meer actief op grote kustbeschermingsprojecten zoals in Benin, waar het instond voor het design en de bouw van een onderwatergolfbreker als bescherming tegen kusterosie. In India werkte Jan De Nul mee aan het verdiepen en verbreden van het toegangskanaal naar Jawaharlal Nehru Port in Mumbai. In Mauritanië baggerde Jan De Nul voor de verdieping en verbreding van Nouadhibou, een grote exporthaven van ijzererts. In Argentinië werd de haven van Quequén tot -15 meter uitgediept. In Vietnam baggerde Jan De Nul voor de havenfaciliteiten van Long Son Petrochemicals Complex op Long Son Island en in Qatar voor de uitbreiding van het toegangskanaal tot Old Doha Port.
De offshore divisie was betrokken bij de bouw van meerdere offshore windparkprojecten in Europa en daar buiten. In België realiseerde Jan De Nul Northwester 2, in Duitsland Trianel Windpark. In Taiwan, bouwde Jan De Nul twee offshore windparken: Changhua en Formosa 1 Fase 2. Voor de contracten Northwester 2 en Formosa 1 Fase 2 stond Jan De Nul ook in voor de kabelinstallatiewerken. In 2019 haalde de aannemer het project Formosa 2 binnen. De bouw van dit offshore windmolenpark met een totale capaciteit van 376 MW en 47 Siemens turbines van 8 MW elk, zal in 2020 van start gaan. De installatie van offshore windturbines in de VS is in volle voorbereiding en wordt in 2020 uitgevoerd.
Ook algemene offshore diensten zijn onderdeel van de portefeuille, zoals de bouw van een aanlanding in Italië en Albanië voor een onderzeese trans-Adriatische pijpleiding en trenching- en rotsinstallatiewerken voor een pijpleiding voor het BP Tangguh Expansion Project in Indonesië. In Hainan, China, verrichte Jan De Nul rotsinstallatiewerken om een elektriciteitskabel tussen het vasteland en Hainan eiland te beschermen. Dezelfde werken voerde Jan De Nul uit in Korea ter bescherming van een elektriciteitskabel tussen de eilanden Jeju en Jindo.
Civiele en milieuactiviteiten
Met 20 procent zijn de civiele activiteiten een stabiel en constant deel van de totale omzet. Het palet aan civiele bouw- en onderhoudsprojecten is heel divers. In België werkte Jan De Nul mee aan de renovatie van de Leopold II-tunnel in Brussel. In Nederland werd de Beatrixsluis in Nieuwegein succesvol opgeleverd en in Luxemburg stad renoveerde en verbreedde Jan De Nul de historische Pont Passerelle.
De activiteiten van Envisan, de milieudivisie van Jan De Nul, blijven stabiel op 3 procent van de totale omzet. Evenals in voorgaande jaren werkt de milieuafdeling nauw samen met de maritieme en civiele afdeling, en in het bijzonder met de projectontwikkelaar van de groep: PSR Brownfield Developers, gespecialiseerd in de herbestemming van brownfields.
Investeren in duurzame schepen
Ook dit jaar blijft de maritieme aannemer investeren in modernisering van zijn vloot, met nadruk op klimaatvriendelijke technologie. De focus ligt op vervangingsinvesteringen in kleine en middelgrote baggerschepen, en uitbreidingsinvesteringen in schepen voor de offshore windsector.
In 2019 werden drie 3.500 m³ sleephopperzuigers 'Afonso de Albuquerque', 'Diogo Cão' en 'Tristão da Cunha' opgeleverd door Keppel Shipyard in Nantong, China. Keppel Offshore & Marine in Singapore leverde de 6.000 m³ sleephopperzuiger 'Sanderus' op. Het zusterschip 'Ortelius' volgt midden 2020. In december liet Jan De Nul de 18.000 m³ sleephopperzuiger 'Galileo Galilei' te water op de Cosco scheepswerf in Dalian, China. De oplevering van het schip is voorzien in de loop van 2020.
In oktober 2019 verwierf Jan De Nul via het hoogste bod in een openbare veiling het schip 'Willem van Rubroeck' in Kroatië. Deze cutterzuiger werd enkele jaren geleden besteld bij de scheepswerf Uljanik, die in 2019 failliet werd verklaard. In februari werd het casco aan Jan De Nul overgedragen. Het schip ligt nu op de scheepswerf Remontowa in Polen, waar het verder zal worden afgewerkt. In 2021 moet het in de vaart komen.
Bij Cosco Shipping Heavy Industry in China bestelde Jan De Nul een offshore jack-up installatieschip, de 'Voltaire'. Dit jack-up schip zal worden uitgerust met een hoofdkraan met een hefvermogen van meer dan 3.000 ton en kan in waterdieptes van meer dan 80 m werken. Het schip is in staat om de nieuwe generatie windturbines te installeren. De effectieve bouw zal starten in mei 2020. De oplevering wordt verwacht in 2022.
Eind 2019 bestelde Jan De Nul kraanschip 'Les Alizés . Dit schip zal worden gebouwd door China Merchants Industry Holding Co. Ltd., op hun scheepswerf in Haimen. Les Alizés zal beschikken over een kraan met een hefvermogen van 5.000 ton, een draagvermogen van 61.000 ton en een dekruimte van 9.300 m². Het schip is geschikt om grote en zware funderingen voor windturbines op grote diepte te installeren. Oplevering is voorzien in 2022.
Filtersysteem aan boord
Net zoals de nieuwe sleephopperzuigers zullen Voltaire en Les Alizés uitgerust zijn met een eigen ontwikkeld ingenieus filtersysteem om schadelijke substanties uit de uitlaatgassen te elimineren. Deze uitlaatgasfiltertechniek voldoet aan de strenge Europese Euro Stage V-richtlijnen inzake emissies op het land en op binnenwateren.
Beide schepen worden hiermee de eerste zeewaardige installatieschepen ter wereld met extreem lage emissie (Ultra-Low Emission vessel of kortweg ULEv). Bovendien krijgen beide schepen een Cleanship NDO7 label en Green Passport EU label. Het eerste label bevestigt dat het schip het afvalwater en alle andere restafval controleert en minimaliseert. Het tweede label houdt in dat alle materialen en gevaarlijke stoffen al in de bouwfase in kaart worden gebracht om recyclage van het schip achteraf te bevorderen.
