Nederlandse kottervloot moet drastisch inkrimpen | Maritiem Nederland
Nieuws

Nederlandse kottervloot moet drastisch inkrimpen

Jan van den Berg | woensdag 12 juli 2006

De Nederlandse visser heeft het moeilijk. Vissers die platvis als schol en tong vangen, hebben te maken met steeds kleinere vangstquota en een visstand die eerder slinkt dan groeit. Daarbij komt dat de hoge olieprijs brandstofkosten opjaagt.

Menig visserijbedrijf staat aan de rand van de afgrond. Vangstquota en visstanden zijn al enkele jaren een probleem. Het quotum voor schol is in vijf jaar tijd met veertig procent verlaagd. Bij tong is dat vijftien procent. In de sector is dan ook het besef doorgedrongen dat de kottervloot, die schol en tong vangt, te groot is in verhouding tot de hoeveelheid vis die gevangen kan worden. "We zijn ervan overtuigd dat vrijwillige sanering van de kottervloot noodzakelijk is," zegt Ben Daalder. Hij is voorzitter van de Federatie van Visserijverenigingen.

 

Eindrapport

Om de problemen en oplossingen voor de Nederlandse visserij in kaart te brengen, heeft de overheid in 2002 de Stuurgroep Nijpels ingesteld. Het was een breed samengestelde commissie met vertegenwoordigers uit de hele vissector, vakbonden en de overheid zelf.

Afgelopen januari presenteerde de stuurgroep haar eindrapport. Een van de aanbevelingen was het verkleinen van het aantal kotters. Minister Veerman, verantwoordelijk voor visserij, onderschrijft de aanbeveling. Hij heeft 38 miljoen euro beschikbaar gesteld om reductie van de vloot met zo'n twintig procent mogelijk te maken. Hierdoor zal het aantal kotters afnemen van 280 tot ongeveer 225.

Voor Ben Daalder staat voorop dat dit vrijwillig moet zijn. "Niemand mag gedwongen worden om zijn bedrijf te staken." Zover zal het volgens hem ook niet komen. "Ik wil niet speculeren over het aantal vissers dat wil stoppen. Maar afgaande op wat ik om me heen hoor, denk ik dat er wellicht meer vissers willen stoppen dan die twintig procent waar de minister op hoopt."

 

Motorvermogen begrensd

Het Productschap Vis heeft als uitgangspunt dat de capaciteit om te vissen met kotters met dertig procent omlaag moet, legt directeur Gerard van Balsfoort uit. "Ik ga ervan uit dat we de helft hiervan halen door het aantal kotters te verkleinen. De andere helft moet komen uit vermindering van motorvermogen. Want hoe sneller je de netten door het water trekt, hoe meer vis je vangt."

Dit is overigens een kwestie met een luchtje. Iedere kotter heeft een licentie die het maximumvermogen aangeeft. De meeste kotters hebben echter een krachtiger motor, zegt Van Balsfoort. "Het werd te kostbaar en ingewikkeld gevonden om dit te controleren. Nu hebben we van alle kotters het vermogen laten vaststellen en begrenzen en kan er niet meer gesjoemeld worden."

 

Ontwijkende reacties

Niet iedereen is ervan overtuigd dat een sanering zal helpen om de capaciteit terug te brengen. Neem bijvoorbeeld Johan Nooitgedagt; voorzitter van de Nederlandse Vissersbond. "Ik ben bang dat vissers zich laten uitkopen en het geld gebruiken om een buitenlands geregistreerde kotter te kopen. Dat gebeurt nu al. Je ziet steeds meer buitenlandse kotters in Nederlandse havens. De sanering mag dit effect niet versterken. Want dan bereiken we niet de gewenste vermindering van capaciteit."

Maatregelen om de visserij aan banden te leggen hebben bij vissers altijd ontwijkende reacties opgeroepen. Wellicht gaat het dit keer niet anders.

Partners Maritiem Nederland