Vol gas voor VeKa | Maritiem Nederland
Techniek&Innovatie
VeKa-CEO Roland van Veen

Vol gas voor VeKa

Paul Steenhoff | woensdag 10 februari 2016
Scheepsbouw, Havens

Scheepswerf VeKa uit Werkendam heeft de crisis gevoeld. Maar het tij blijkt gekeerd. De orderportefeuille vult zich weer en de scheepswerf gonst van het werk. Onlangs werd de handtekening gezet onder een order voor vijftien dual-fueltankers voor de Belgische rederij Plouvier. Tijd voor een bezoek.

De Biesboschhaven in Werkendam is anders dan andere havens. Binnenvaartschepen liggen er zij aan zij net zoals in de haven van Enkhuizen op een warme zomerse avond. De schepen komen voor onderhoud of verbouw naar VeKa, een scheepswerf die in 1988 leven werd ingeblazen door oprichters Peter Versluis en Jan Kapel. Goede lezers kunnen nu de naam VeKa duiden. “Nieuwbouw is eigenlijk altijd onze core business geweest”, zegt CEO Roland van Veen. “Hier in Werkendam bouwen we casco’s af, in Lemmer hebben we nog een werf en in Plock in Polen laten we onze casco’s bouwen, series, maar ook one-offs. Hier zijn we nu bezig met de afbouw van twee van de grootste duwboten die ooit zijn gebouwd. De schepen zijn 43 meter lang en 17,5 meter breed en gaan varen in Paraquay. In Lemmer wordt een zogenoemde fish food carrier gebouwd, een schip dat bestemd is om voer voor de zalmteelt te vervoeren. Daarnaast bouwen we in Lemmer ook nog een cementcarrier. Naast de drie casco’s voor Plouvier wordt er in Plock ook nog gewerkt aan de twee LPG-tankers voor Imperial.”

‘Nieuwbouw is eigenlijk altijd onze core business geweest’

Focus verschoven

Roland van Veen is mans genoeg om te erkennen dat VeKa in de crisis forse klappen heeft moeten incasseren. Van Veen: “Net zoals alle werven in Nederland, maakten wij ook zware tijden door, maar met de scheepsbouwdivisie zijn we er wel goed doorheen gekomen. We hebben het hoofd boven water weten te houden en we hebben ook geen mensen hoeven te ontslaan. Wel hebben we onze focus verschoven. Tot 2012-2013 participeerden en financierden we ook schepen en dat was voor ons dan ook de bottle neck. Daar hebben we financieel onder geleden. Vandaar dat we die activiteiten hebben afgebouwd en ons nu volledig richten op de nieuwbouw van binnenvaartschepen, werkboten, sleepboten en kleine zeegaande schepen, het werk waar deze werf groot mee is geworden.”

Eind verleden jaar wist VeKa een grote order van de Belgische reder Plouvier Transport NV binnen te halen. Van Veen: “We hebben de opdracht gekregen om vijftien dual-fuel-binnenvaarttankers te bouwen die minerale olie gaan vervoeren voor Shell Trading Rotterdam. De schepen gaan varen in de ARA-regio (Amsterdam-Rotterdam-Antwerpen) en Rijn-regio (Duitsland/Zwitserland). Op dit moment wordt op onze werf in Plock al gewerkt aan de eerste drie casco’s. Die zullen we hier in Werkendam afbouwen en de eerste schepen zullen dit jaar oktober in de vaart worden genomen. Eind 2018 zullen we het laatste schip opleveren.” Het gaat om enkelschroefs type C tankschepen (dubbelwandige chemietankers) met een lengte van 110 meter en een breedte van 11,4 meter.

Compacte installatie

Het is niet voor het eerst dat VeKa aan de slag gaat met LNG. In het verleden werd al een LNG-tanker gebouwd waarbij de hoofdmotor draait op de boil off van de vracht. Shell heeft voor deze vijftien tankers gekozen voor dual-fuel in de vorm van een Wärtsilä hoofdmotor zescilinder in lijn, uitgerust met een Wärtsilä LNGPac. Dit is een kant-en-klare installatie, ontwikkeld in samenwerking met Cryonorm uit Alphen aan de Rijn. Het is een compacte installatie waarbij bijvoorbeeld de verdamper is geïntegreerd in het systeem. De opslagtank voor het vloeibare LNG is 58 m3. In de wetenschap dat 1 liter vloeibaar aardgas gelijk staat aan 640 liter gasvormig aardgas mag een retourtje Rotterdam-Bazel geen probleem zijn.

In een persbericht zegt Dick Benschop, president-directeur van Shell Nederland: “Deze investering onderstreept dat Shell er vertrouwen in heeft dat LNG een groter onderdeel gaat vormen van de wereldwijde brandstofmix in de transportsector. Shell ondersteunt de ontwikkeling van een nieuwe Europese maritieme sector die gebaseerd is op LNG voor binnenvaart- en kustschepen.”

De binnenvaartschepen zullen LNG gaan bunkeren bij de LNG Break Bulk-terminal. Deze nieuwe infrastructuur voor distributie van LNG wordt momenteel gebouwd door Gate terminal (Gas Access to Europe) in Rotterdam, op de kop van Maasvlakte 2. Net als bij de ontwikkeling van Gate terminal zijn Vopak en Gasunie de initiatiefnemers. Samen bezitten Vopak en Gasunie 100 procent van de aandelen in Gate terminal.

Voorschip

De engineering van de tankers is volledig in handen van VeKa. Om het brandstofverbruik te minimaliseren is de rompvorm geoptimaliseerd met Computer Fluid Dynamics (CFD) en zijn er testen gedaan in de sleeptank van DST in Duisburg. Volgens Rens Schippers, Sales Support Manager bij VeKa, heeft het CFD ontwerp ervoor gezorgd dat de schepen 20 procent minder brandstof zullen verbruiken. Bij het bekijken van een rendering valt op dat de LNG-tank op het voorschip is geplaatst. Zo wordt er geen vrachtruimte in beslag genomen en staat de tank veilig in geval van een aanvaring.

Partners Maritiem Nederland