‘Innovatie is de rode draad door mijn carrière’ | Maritiem Nederland
Techniek&Innovatie
Foto: Janneke Vogel

Kees Willemse, Director Proposals & Technology Development SBM Offshore:


‘Innovatie is de rode draad door mijn carrière’

Mark van Baal | dinsdag 1 juli 2014
Offshore

Kees Willemse is vanaf het begin van zijn carrière betrokken geweest bij innovaties in de maritieme wereld. Nu probeert hij innovaties voor de offshore olie- en gaswinning te ontwikkelen en te verkopen. “Er staat niet voor niets zowel ‘director technology development’ als ‘director proposals’ (offertes) op mijn kaartje.”

Kees Willemse (57) luncht het liefst in zijn eigen werkkamer op de twaalfde verdieping, waar de Rotterdamse maritieme industrie aan zijn voeten ligt. Hij wijst uit zijn ramen op droogdokken van Damen, een schip van Jumbo, kranen van Mammoet en de werf van Huisman. Zijn kamer hangt vol trofeeën uit zijn carrière in de offshore industrie, bijvoorbeeld een reddingsboei, een foto van een pijpenlegschip en een foto waarin Willemse getooid met professorenbaret tussen studenten staat.

Rode draad

In de lange CV van Kees Willemse, die in zijn vrije tijd zeilt, hockeyt en squasht, komt het woord innovatie regelmatig voor. Bij Heerema bijvoorbeeld deed hij R&D voor een nieuw olieproductieplatform, de TTP (Tripod Tower Platform). Bij Allseas coördineerde hij het ontwerp en de bouw van een innovatief pijpenlegschip met Dynamic Positioning (DP). “Innovatie is de rode draad door mijn carrière”, beaamt de civiel ingenieur. Sinds 2011 is hij directeur offertes én technologie-ontwikkeling bij SBM Offshore. SBM bouwt oude olietankers om tot drijvende olieplatforms, zogenoemde FPSO’s (Floating Production, Storage & Offloading), die aardolie onder de zeebodem winnen en tijdelijk opslaan. SBM houdt zich ook bezig met de ontwikkeling van energie uit golven (wave energy converter), vertelt Willemse, maar de focus blijft op het ontwerpen, bouwen en exploiteren van drijvende platforms voor de olie- en gasindustrie.

‘De olie-industrie is aan de ene kant voortdurend grensverleggend bezig, maar aan de andere kant zijn energiemultinationals heel terughoudend in het zetten van de eerste stap’

De innovatie waar Willemse nu aan werkt, is FLNG (Floating Liquefied Natural Gas), een drijvend platform van circa 280 meter lengte dat aardgas op volle zee wint, vloeibaar maakt, opslaat en overpompt op langszij aangemeerde LNG-schepen. Om een FLNG te bouwen, worden twee LNG-schepen letterlijk aan elkaar gelast. Vervolgens wordt een aantal opslagbollen verwijderd om dekruimte te creëren voor een kleine fabriek, die het gewonnen aardgas vloeibaar maakt. “Het is een nieuw, gepatenteerd concept, maar het sluit goed aan bij onze huidige kennis en ervaring, omdat het gaat om de ombouw van bestaande carriers.”

SBM is zuinig op zijn kennis en ervaring. Het bouwt de turret (toren met vloeistof- en gaskoppelingen waarom het schip draait) voor Shells Australische FLNG-project Prelude daarom niet in Korea, waar Shells FLNG-schip zelf wordt gebouwd. “We bouwen in Dubai om ons intellectueel eigendom te beschermen. Daar zijn ze er minder op uit om onze technologie na te bouwen. Er zit heel veel research in onze turret technologie. Daar zijn we heel zuinig op.”

Modelproeven

Na een paar jaar engineering en modelproeven in een van de bassins van MARIN, is het basisontwerp voor SBM’s FLNG haalbaar bevonden. Modelproeven moesten onder andere uitwijzen wat het rolgedrag is van twee aan elkaar gelaste schepen, hoe de constructie onder invloed van stroming, golven en wind draait rond de turret (het zogenoemde weathervaning) en hoe het geheel zich gedraagt als er een derde schip langszij ligt om te laden. “Het rolgedrag bleek heel gunstig”, zegt Willemse. Vorig jaar maart presenteerde SBM het ontwerp in Houston op dé LNG-conferentie.

Als dan de engineering en modelproeven gedaan zijn en SBM heeft er vertrouwen in, welke drempels moeten olie- en gasmaatschappijen dan nog over? “Ze moeten wél anderhalf miljard dollar neerleggen. Daar ga je wel even over nadenken als oliemaatschappij. De olie-industrie is aan de ene kant voortdurend grensverleggend bezig, maar aan de andere kant zijn energiemultinationals heel terughoudend in het zetten van de eerste stap. Toen Shell op de knop drukte voor Prelude was dat een doorbraak voor de hele FLNG markt.”

Naast de grote investeringen spelen onzekerheden een rol, denkt Willemse. Bijvoorbeeld de onzekerheden over de return on investment, die afhankelijk is van de toekomstige olie- en gasprijs, de grootte van het reservoir en milieurisico’s. “Milieuproblemen, zoals BP die had bij Macondo, zijn natuurlijk nachtmerries voor iedereen. De zorg dat je project de samenleving geen schade bezorgt, speelt een steeds grotere rol. Veiligheid speelt daarom een steeds belangrijkere rol in de offshore industrie, ook bij SBM.”

Kloof

Als ingenieur kun je de oplossing wel zien, maar hoe overtuig je vervolgens de markt? “We kunnen nieuwe hardware pas aanbieden als we honderd procent zeker zijn van de techniek. Wat we echter wel in een eerder stadium kunnen doen, is onze ideeën toetsen aan wat er nodig is in de markt.” SBM organiseert daarom zogenoemde technology days waar het klanten (na het tekenen van een geheimhoudingsverklaring) ideeën voor innovatie voorlegt en feedback vraagt.

Tussen zelf overtuigd zijn van de techniek en anderen overtuigen, zit vaak een kloof, beaamt Willemse. “Om die reden ben ik een MBA gaan doen. Dan leer je marketing, communicatie en hoe je met organisaties omgaat. Je leert dat gelijk hebben en gelijk krijgen niet hetzelfde is. Techneuten kunnen vaak niet zo goed overbrengen wat hun ideeën zijn.”

“Een technisch specialist en een manager moeten voor een bedrijf echter even belangrijk en waardevol zijn, ook financieel”, voegt Willemse eraan toe. Een specialist kan bij SBM net zo veel verdienen als een manager.

Willemse heeft meer ervaring met innovatie in de conservatieve offshore industrie. Zo coördineerde hij ontwerp en bouw van een nieuw pijpenlegschip, de ‘Lorelay’, voor Allseas dat met Dynamic Positioning (DP) werkte in plaats van met trekankers. “Om klanten te overtuigen hebben we de eerste schepen met DP én ankers uitgevoerd. Die ankers hebben we er later afgehaald. Het illustreert de barrières waar je doorheen moet.”

Willemse kwam in de offshore-industrie terecht tijdens zijn afstuderen op civiele techniek aan de toenmalige TH in Delft. “Ik werd door mijn professor gekoppeld aan Heerema”, schetst hij hoe dat ging in 1980. “In die tijd waren we wat minder met carrière bezig dan studenten tegenwoordig.” Toen hij later zelf professor was, kreeg hij vragen van studenten over het dilemma of ze nu moesten beginnen bij bedrijf A in een staffunctie of hij bedrijf B in een lijnfunctie. “Dat soort afwegingen kende ik niet toen ik afstudeerde.”

Gekoppeld

Van 2007 tot 2011 was Willemse zelf professor Offshore Engineering aan de TU Delft. “Ik heb studenten altijd gekoppeld aan bedrijven. Studenten zorgen per definitie voor innovatie, omdat ze niet worden gehinderd door kennis. Ik moedig ze ook altijd aan niet te accepteren dat iets niet kan. Misschien kon het gisteren niet, maar misschien kan het vandaag of morgen wel. Er zijn voortdurend nieuwe mogelijkheden en nieuwe technieken. Kom niet bij mij aan met: dat hebben we al eens bekeken en dat werkte toen niet.”

Hoe stimuleert hij zijn collega’s, die na vele jaren ervaring wel gehinderd kunnen worden door kennis, om ‘out of the box’ te denken? “Ik stel de vraag: hoe zou je het anders doen als je meer tijd had? Daar komen vaak verrassend leuke ideeën uit. Een van mijn taken is om die ideeën aan boord te krijgen.”

“Innovaties ontstaan op de grensvlakken van disciplines.Je hebt een specialist nodig om heel goed te weten wat er binnen zijn veld van expertise kan, maar die weet vaak niet goed hoe zijn kennis kan worden ingezet voor net een andere toepassing. Ik durf te zeggen dat ik wat breder georiënteerd ben. Ik ben geen specialist, maar kan wel de kennis van anderen herkennen en aan elkaar knopen. Er staat niet voor niets zowel ‘director technology development’ als ‘director proposals’ (offertes) op mijn kaartje. We leggen zo een link tussen nieuwe technieken en nieuwe aanbiedingen.”

Partners Maritiem Nederland