Het wordt een maritieme eeuw | Maritiem Nederland
Achtergrond
Foto: Koninklijke Marine

Belang van Sea Power groeit internationaal


Het wordt een maritieme eeuw

Joris Janssen Lok ism KNVOV | woensdag 1 juni 2016
110 jaar KNV Onze Vloot

De 21e eeuw is vijftien jaar oud en lijkt steeds meer een maritieme eeuw te worden. In onze sterk geglobaliseerde wereld is het zwaartepunt verschoven van Europa naar Azië, maar ook van het land naar de zee. Welke investeringen in onze marinevloot horen daar bij?

Sea Power - de militaire macht op en vanuit zee - is weer een factor van betekenis. China en Rusland zetten vol in op het moderniseren van hun marines. Andere landen volgen, maar Nederland blijft achter. Dit is opmerkelijk, gezien de historie als maritieme mogendheid en de grote economische belangen die Nederland heeft bij vrije doorvaart en het tegengaan van potentieel ontwrichtende conflicten wereldwijd.

Chokepoints

Van de 7 miljard mensen op aarde leeft 70 procent op minder dan 350 km afstand van een oceaan, zee of baai. De zee is de pijler onder de Nederlandse welvaart, want 90 procent van de wereldhandel - de motor van onze economie - gaat via de zee. Drie kwart van dat vervoer moet via kwetsbare ‘chokepoints’ zoals de Straat van Hormuz, de Rode Zee en het Suezkanaal.

De meeste vaarroutes en chokepoints liggen in politiek instabiele gebieden, zoals het Midden-Oosten. De conflicten daar veroorzaken massale vluchtelingenstromen die grotendeels ook via zee gaan.

Niettegenstaande de tijdelijk lage olieprijs zijn steeds meer landen afhankelijk van offshore olie- en gaswinning. De zeebodem herbergt vaak ook andere grondstoffen en visserij is voor veel staten nog altijd van levensbelang. Mede daarom claimt de een na de ander een exclusieve economische zone (EEZ) - wat weer kan leiden tot spanning met naburige staten.

In deze complexe maar vooral maritieme context zorgen China en Rusland voor verdere spanning.

Rusland heeft zijn koers sinds 2007 drastisch gewijzigd. Er is een fors herbewapeningsprogramma ingezet, dat ondanks de huidige economische tegenspoed doorgaat. Naast vliegtuigen en tanks gaat het vooral om onderzeeboten, marineschepen en bijbehorende wapensystemen.

Moskou etaleert zijn groeiende militaire macht in de Oekraïne en in Syrië, maar ook elders, bijvoorbeeld in en boven de Europese wateren. Dit leidt tot groeiende zorgen bij de NAVO en bij landen als Zweden. De maritieme opperbevelhebber van de NAVO, de Britse viceadmiraal Clive Johnstone, waarschuwde onlangs dat Russische onderzeeboten nu actiever zijn dan op het hoogtepunt van de Koude Oorlog. Ze zouden zelfs positie kiezen bij de ingang van NAVO-marinebases.

Sterk contrast

De Chinese marine is de afgelopen jaren nog dramatischer gemoderniseerd en uitgebreid. Dat was mogelijk door een onafgebroken groei met dubbele cijfers van de Chinese defensie-uitgaven. Deze ontwikkeling staat in sterk contrast tot de diep ingrijpende bezuinigingen op de Europese (en Amerikaanse) strijdkrachten. In zijn ontwikkeling tot militaire grootmacht investeert China vooral in platformen, wapens en systemen voor gebruik in een maritieme context.

China gebruikt zijn nieuwe maritieme slagkracht om grote gebieden in de regio te claimen. Atollen en riffen zijn opgespoten met zand en omgebouwd tot militaire steunpunten. Middels marineschepen, onderzeeboten, ballistische raketten, kruisvluchtwapens en vliegtuigen wil men de toegang tot grote (zee-)gebieden kunnen ontzeggen aan bijvoorbeeld Amerikaanse zee- en luchtstrijdkrachten.

China’s belangen en interesses reiken verder. Ook de Indische Oceaan is een doorgangsroute voor de import en export van China’s industrie en voor de gas- en olietankers die het land van energie voorzien. Vandaar dat de Chinese marine hier - tot zorg van India - steeds prominenter aanwezig is.

Het belang van de zee wordt steeds groter. De 21e eeuw wordt een maritieme eeuw. De internationale situatie wordt gekenmerkt door instabiliteit en onvoorspelbaarheid. Marines zoals de Nederlandse moeten rekening houden met wereldwijd optreden in een breed scala van mogelijke inzetscenario’s.

Andere landen, zoals Algerije, Australië, Egypte, India, Japan, Saoedi-Arabië, Singapore en Zuid-Korea zetten vol in op Sea Power. Amerikanen, Britten, Canadezen, Duitsers, Fransen, Israëli’s, Noren, Polen, Spanjaarden, Turken, Zweden, allemaal trekken ze miljarden uit voor nieuwe fregatten en/of onderzeeboten. Italië heeft vorig jaar zelfs voor 5,4 miljard euro aan marineschepen besteld.

Budget-boost

Nederland blijft hierbij achter. De Koninklijke Marine heeft nog maar weinig schepen, mensen en middelen om een rol op de wereldzeeën te spelen die past bij het beschermen van de vitale belangen van een handelsnatie als Nederland. Bij de vorige piek van Russische activiteiten, op het hoogtepunt van de Koude Oorlog, had de marine een plansterkte van 22 fregatten (Defensienota 1984). Nu zijn dat er nog zes, terwijl er meer vraag is naar inzet in het kader van internationale crisisbeheersingsoperaties.

De roep om een significante verhoging van het defensiebudget wordt luider. Een echte budget-boost lijkt gezien de politieke verhoudingen en gebrek aan groei niet eenvoudig te realiseren. Volgens de huidige plannen is de komende vijf jaar nauwelijks geld beschikbaar voor marine-projecten. Het geld gaat op aan F-35’s, tanker-transportvliegtuigen en helikopters.

Dat is nodig, echter wordt er een te zware wissel getrokken op de marine. Er zou op korte termijn meer ruimte moeten komen qua inzetbare schepen. Alleen fregatten en onderzeeboten kunnen in alle dreigingsscenario’s opereren. De vier onderzeeboten alsmede twee van de zes fregatten zijn binnenkort aan vervanging toe. Die vervanging is in de huidige plannen wegens geldgebrek uitgesteld tot ver voorbij 2020.

6 x 4 vloot

Te overwegen valt om met relatief geringe extra uitgaven aan te sturen op een gebalanceerde ‘6 x 4’ vlootsamenstelling. Dat zou kunnen door het weer naar voren halen van de vervanging van de twee oudste fregatten (in totaal gaat het om vier schepen: naast de twee in Nederland, ook twee in België). De vier patrouilleschepen, nu niet inzetbaar in gebieden met hoge dreiging, zouden betere zelfverdedigingsmiddelen kunnen krijgen. Tevens zou de verwerving van een extra Joint Support Ship (JSS) passen. Van dat type schip is er nu één in dienst. Dat betekent een gebrek aan redundantie. Evenals beide Landing Platform Dock (LPD)-schepen is juist dit JSS extreem waardevol gebleken bij elke operatie waarin vanaf zee hulp-, stabiliserings- of interventieoperaties op land moeten worden uitgevoerd.

De dan resulterende 6 x 4 marine biedt voor alle maritieme inzetmiddelen redundantie, zodat benodigde capaciteit altijd beschikbaar is. De bepleite extra investering in maritieme capaciteiten voorkomt bovendien dat de Nederlandse marinebouwindustrie door een gebrek aan (ontwikkel-)opdrachten in ernstige problemen komt. De continuïteit van die industrie is essentieel voor de toekomst van de Koninklijke Marine. Zij is evident kosteneffectief in vergelijking met off-the-shelf aankopen in het buitenland. Daarnaast creëert ze een hefboomeffect voor innovatie, werkgelegenheid en economie middels de export van maritieme producten. Echter, vijf jaar zonder opdrachten op de thuismarkt zal zij mogelijk niet ongeschonden overleven.

De voorgestelde 6 x 4 vlootsamenstelling kan de komende decennia duurzaam door de eigen Nederlandse industrie in stand gehouden worden; een voor alle stakeholders (inclusief belastingbetalers) goed perspectief.

Over de auteur
Joris Janssen Lok was ruim twintig jaar vakjournalist op het gebied van internationale veiligheid en defensie bij onder andere Jane’s en Aviation Week. Momenteel is hij werkzaam bij Thales Nederland BV. Hij schreef dit artikel op persoonlijke titel.

Partners Maritiem Nederland